De illusie van pijn en lijden

Ik heb een boek geschreven en ik heb al van diverse mensen als commentaar op mijn boek terug gekregen “dat ik mij wel kwetsbaar opstel”. Dat is interessant. Want dat je kwetsbaar bent betekent dat je gemakkelijk te kwetsen bent, je bent te verwonden, je bent heel ontvankelijk om in een bepaalde mate pijn te lijden. Ik heb van alles over mijzelf opgeschreven in een boek, dat boek wordt door mensen gelezen en nu ben ik kennelijk in een positie om pijn te lijden. In mijn leven is nogal wat gebeurd waar ik absoluut niet blij over ben en dat heb ik allemaal verwoord in mijn boek. Mijn huwelijk ging lang niet altijd over rozen, ik ben een keer kolossaal opgelicht en ik heb bijvoorbeeld ook een periode gehad dat ik van de stress en de drukte ging bedplassen. Om die dingen zouden mensen mij inderdaad kunnen gaan uitlachen of de draak met mij steken. Maar wanneer begint bij mij dan het pijn lijden? Tot nu toe ervaar ik helemaal niets van pijn lijden, terwijl er misschien al wel mensen gniffelend mijn boek zitten te lezen. En als ik straks over straat loop word ik misschien wel gepasseerd door zo’n gniffelend iemand. Dat is het cruciale moment, laat ik dat dan van me afglijden of ga ik mee met mijn ego, een illusie van mijn brein, die op zijn teentjes getrapt is omdat iemand mij kennelijk uitlacht. De geestelijke/mentale/psychische pijnen die ik lijd zijn illusies van mijn brein en ik heb op ieder moment de vrije keus of ik daarin meega.

En hoe zit het dan met fysieke pijn? Ik klus nogal wat hier in huis en dan gebeurt het wel eens dat ik ineens zie: ik bloed. Dan heb ik mij opengehaald aan een ruw stuk hout of een spijker die ergens uitstak of aan wat dan ook. Dat heb ik niet eens gemerkt, ik merk alleen dat ik op een bepaald moment ‘ineens’ aan het bloeden ben. Zonder dat ik er ook maar iets van gemerkt heb, ben ik zo beschadigd dat het bloed uit mij loopt. Zou ik daarentegen mijzelf willens en wetens willen gaan beschadigen door mij open te rijten aan een spijker dan komt er hevig protest in mij: angst voor de pijn die ik ga lijden wanneer ik de spijker in mij steek. Iedereen heeft zich waarschijnlijk wel eens gesneden met een mes, waarbij het bloeden uiteindelijk het onaangenaamste was van de hele gebeurtenis. Maar als ik u nu vraag om naar de keuken te gaan, de besteklade open te trekken en een mes door uw vinger te ratsen, dan gaat u dat niet doen. Wanneer het onbewust gebeurt nu is er helemaal niets aan de hand, maar wanneer het bewust moet gaan gebeuren (in de toekomst) dan is er een gigantische barrière, en dus lijden. Als mijn lichaam onaangekondigd een fysieke beschadiging oploopt dan merk ik het niet eens, maar wanneer mijn brein weet dat ‘het eraan zit te komen’ dan is Leiden in last. Ook de fysieke pijn is een illusie van mijn brein, want wanneer mijn brein vooraf van niets weet dan is er ook geen pijn.

Mijn pijnen, mijn lijden, en mijn ongelukkig zijn, het zijn allemaal illusies van mijn brein en ik zal er mee moeten leven tot mijn laatste ademtocht. Of om met de Dalai Lama te spreken:

“... mentale kwellingen kunnen opdoemen waar we ook gaan. Bovendien blijft de innerlijke vijand altijd onze vijand; er is geen enkele kans dat onze innerlijke vijand in de toekomst ooit onze vriend zal worden. We kunnen de innerlijke vijand nergens ontvluchten, we kunnen deze vijand niet aan onze kant krijgen en de vijand zal nimmer zijn aanvallen staken.”