De illusie van spoken uit het verleden

Wij, mensen, bedienen ons van vele abstracties, ‘dingen’ die niet aanwijsbaar zijn als iets echts, maar die alleen in ons hoofd bestaan en desalniettemin een zeer prominente rol spelen in ons leven. De abstractie “tijd” is wellicht het meest uitgesproken voorbeeld hiervan. Niemand kan vertellen wat tijd is, en toch weten we allemaal wat er mee wordt bedoeld. Ook Wikipedia behelpt zich met een cirkelredenering: tijd is het verschijnsel dat van een gebeurtenis gezegd kan worden dat deze na een andere gebeurtenis plaatsvindt. En in het woordje “na” zit weer tijd opgesloten, dus de tijd wordt gebruikt om het begrip tijd uit te leggen.

Zo abstract als tijd is, zo concreet wordt diezelfde tijd voelbaar wanneer wij, met name de Westerlingen, daarvan afgesneden raken. Stel je maar eens even voor dat je het vanaf nu zou moeten stellen zonder tijdwaarneming. Je weet niet meer hoe laat het is, wanneer het ‘etenstijd’ is, wanneer het ‘bedtijd’ is, wanneer je naar school of naar je werk moet gaan, en ga zo maar door. Ik gebruik hier aanhalingstekens, want eigenlijk is het heel simpel: het is etenstijd wanneer je honger hebt en bedtijd wanneer je slaap hebt. Het gros van de mensen zou het Spaans benauwd krijgen indien hij of zij verstoken zou raken van tijdwaarneming, en onze maatschappij zou compleet ontwricht raken.

Tijd zit diep verankerd in ons wezen. Ofschoon er altijd maar één tijdstip bestaat, namelijk het NU, maakt onze grijze massa daar een hele tijdlijn van. Diezelfde grijze massa interpreteert alle NU’s die geweest zijn, knoopt die aan elkaar en noemt dat samen het verleden. Op zich niks mis mee, maar het verleden wordt gebruikt als lanceerplatform voor de toekomst.

Al die gepasseerde NU’s hebben allemaal een etiketje meegekregen hoe goed of slecht ze waren en vanuit dat perspectief gaan we ons een weg banen door de toekomst. We gaan ons letterlijk een weg banen. Terwijl, in essentie hoeft er niets gebaand te worden. In de toekomst is alles mogelijk, zoals de wereldgeschiedenis ons keer op keer laat zien: De lijst is eindeloos. Wat dichter bij huis, in mijn persoonlijke leven, is dat niet anders. Hoe anders is het allemaal gelopen dan ik ooit, als jongeman, gedacht of gehoopt of gevisualiseerd had (ik ben nu 55). En mijn grijze massa wil vanuit alle ervaringen die een negatief etiket hebben meegekregen bepaalde restricties opleggen aan de toekomst. En dan zou het inderdaad “een weg banen door de toekomst” worden, iets wat het leven inperkt, iets wat ik absoluut niet wil.

In de werkelijkheid is er eigenlijk maar één lanceerplatform: het NU. En zelfs dat is al een zin die de werkelijkheid geweld aandoet. Alsof ik NU keuzes zou moeten maken aangaande de toekomst. Niets is natuurlijk minder waar, de toekomst ligt altijd helemaal open. En dat geeft maximale vrijheid hetgeen op een bepaalde manier ook kan beangstigen, want al die ervaringen uit het verleden die als “negatief” zijn aangemerkt zijn als spoken die de toekomst proberen te besmeuren. Terwijl, de toekomst is prachtig, het is een glas dat altijd vol is. Net zoals tijd een abstractie is, geldt dat ook voor de spoken. De spoken zijn illusoire abstracties die je ervan proberen te weerhouden om echt te leven. De spoken laten je leven vanuit angst, terwijl echt leven zo ontzettend veel mooier is. Echt leven kun je voelen, het tintelt in je vingers en het zet je poriën open. Het brengt je in contact met het licht buiten je.

Vandaag heb ik dat nog weer eens ten volle mogen ervaren. Ik heb een prachtige ontmoeting gehad. Op een gegeven moment stonden we intens verstrengeld met onze buiken tegen elkaar aan. We voelden elkaars ademhaling, we voelden elkaars warmte, daar was geen spook tussen te krijgen. Mijn poriën stonden helemaal open, en ja, het tintelt nog na in mijn vingers. Mijn toekomst is mijn toekomst, en niet van de spoken uit het verleden. Die toekomst is altijd NU, en die wil ik heel graag leven.