De illusie van zekerheid

Het woord “zekerheid” betekent dat het zeker is dat iets gaat gebeuren, dat iets gegarandeerd gaat plaatsvinden. Statistisch gezien is er dan absoluut geen twijfel mogelijk, en wiskundig berekend is de waarschijnlijkheid van de gebeurtenis exact honderd procent.

Een kerncentrale

Ik heb een bankrekening waar geld op staat. Dat geld zal er morgen ook nog wel staan, maar absoluut zeker is dat niet, denk maar aan wat er is gebeurd met de banken IceSave en Lehman Brothers die als een donderslag bij heldere hemel failliet gingen. Velen van ons hebben een baan en vinden het vanzelfsprekend dat ze die morgen ook nog hebben, en in nagenoeg alle gevallen zal dat ook het geval zijn. Maar niet in álle gevallen. Ik ben gezond, en u ook hoop ik, en ik sta er helemaal niet bij stil dat het morgen anders zou kunnen zijn. Onbewust denk ik: natuurlijk ben ik morgen nog gezond, maar dat optimisme is eigenlijk nergens op gebaseerd. Ik heb een aangename woning waarvan ik blindelings aanneem dat ik er nog vele jaren met veel plezier in zal leven, maar helaas is het zo dat er elke week in dit land gemiddeld twee woningen afbranden. Een hele kleine kans dat het gebeurt, maar gemiddeld twee keer per week slaat het noodlot toe. Door de tsunami in Japan, en de gevolgen die dat had voor de kerncentrale in Fukushima, is de hele discussie weer opgelaaid over de veiligheid van kerncentrales en de kans dat er iets misgaat. Wij weigeren te accepteren dat je de veiligheid van een kerncentrale niet kunt garanderen, en wij willen niet horen dat je de kans op een ongeval met een kerncentrale helemaal niet kunt berekenen. En al zou de kans op een ongeval eens in een miljoen jaar zijn, dan horen wij “over een miljoen jaar” en wij willen absoluut niet horen: het kan ook morgen gebeuren. Al zou de kans eens in een miljard jaar zijn, dan nog kan het morgen fout gaan.

Het is de bedoeling dat mensen die TBS opgelegd hebben gekregen ooit weer volledig terugkeren in de maatschappij en de muren van de TBS-kliniek definitief achter zich laten. Dit proces van resocialisatie draagt een zeker risico met zich mee, want eens komt onvermijdelijk de dag dat een TBS’er alleen de wereld in moet trekken. En hoe goed deze stap ook wordt voorbereid, dat gaat weleens mis en zoiets komt dan met veel ophef in de media. Stemmingmakers onder het volk eisen honderd procent zekerheid dat ‘het goed zal gaan’, en dat gaat echt nimmer lukken. Er blijft altijd een bepaald risico aan dit proces kleven.

Door onze welhaast grenzeloze geldzucht zijn de illusies van zekerheid in de financiële sector nog wel het grootst. Aandelen zouden gemiddeld op de langere termijn een hoger rendement opleveren dan sparen, dat is wat we graag willen horen en dus wordt ons dat ook verteld. Indien ik op mijn trouwdag, 25 jaar geleden, een berg aandelen had gekocht dan zou ik nu toch echt graag willen dat ik het geld daarvoor gewoon op een spaarrekening had gezet. Dus wat is dan “langere termijn”? En bedrijven die in de tussentijd failliet zijn gegaan zijn verwijderd uit de AEX en vervangen door ‘gezonde’ bedrijven, dus de AEX van nu is een positieve afspiegeling van de AEX van 25 jaar geleden, en dan nog was sparen de betere optie geweest. Toen in 2008 de financiële crisis in alle hevigheid losbarstte konden de pensioenfondsen het jaar daarop de pensioenen niet volledig indexeren. Dit veroorzaakte een enorme barst in onze zekerheidsillusie, dit onderwerp beheerste lange tijd het nieuws, de regering zat er bovenop, er moesten noodplannen komen, scherpere controles, enzovoort. Terwijl, eigenlijk gaat het helemaal nergens over. Stel dat de inflatie drie procent is en de indexatie is ‘maar’ twee procent dan gaat u er per saldo één procent op achteruit, als u het niet wist dan zou u het niet eens merken. Daarnaast zijn er genoeg mensen (zoals mijn moeder) die hun oude dag probleemloos leven zonder pensioen en met alleen AOW. Het simpele feit dat er even een hapering in de pensioenmachinerie was tastte op een zeer fundamentele manier onze zekerheden aan.


Tabletten van één ons goud

Maar de grootste illusie is toch wel dat de Nederlandse staat de onbreekbare ruggegraat is, en zal blijven, van ons financiële systeem. Onze staatsschuld (ja, het is onze staatsschuld, en niet de staatsschuld van Nederland of de Nederlandse regering) bedraagt nu ongeveer 400.000.000.000 euro (bijna één biljoen gulden) en niemand lijkt daar wakker van te liggen. Ook al weten we dat IJsland, Ierland, Spanje en Griekenland inmiddels helemaal aan de grond zitten, wij blijven heilig geloven in de onschendbare zekerheid die de staat ons biedt.

Wij zoeken wanhopig naar zekerheid. Wij klampen ons vast aan de illusie van de maakbare toekomst, terwijl we aan de lopende band meemaken dat we met al onze technologie nog niet eens in staat zijn om het weer van morgen goed te voorspellen (en er worden jaarlijks heel wat miljarden in meteorologie geïnvesteerd). Sorry, de verschrikkelijke waarheid is dat zekerheid echt niet bestaat.